|
06/03/2002 |
|
|
|
BOGOTA- �De ongerustheid was het ergste. De onzekerheid. Niet zozeer over mijn eigen leven - maar vooral omdat ik besefte dat thuis niemand wist wat er met me gebeurd was. Mijn ouders, mijn vriendin, ze hadden al maanden niks van me gehoord, wellicht dachten ze dat ik dood was, en ik kon hen geen signaal geven�. Hij zat gisteren op de Belgische ambassade op adem te komen, na een eerste �cht goeie nachtrust in vijf maanden: Karel Dick, de 24-jarige Gentse student die bijna een half jaar geleden tijdens een vakantie gegijzeld werd door Colombiaanse rebellen, en die eergisteren na een grootse undercoveroperatie vrijkwam. Het duurt uren vooraleer we Karel Dick en Lode Vanoost, het Agalev- parlementslid dat een grote rol speelde in zijn vrijlating, konden lokaliseren. Uiteindelijk vonden we hen op de Belgische ambassade in Bogota - veilig, goed verstopt. �Als je zoiets achter de rug hebt, dan w��t je 't even niet meer�, zegt Vanoost. Karel: �Ik wil graag terug naar huis, maar ik zie wat op tegen die massa die me daar zal staan op te wachten, Ik ben blij dat ik vrij ben, maar ik heb rust nodig. Heel veel rust�. We vallen hem dus maar niet te lang lastig. PUBERS MET WAPENS NIET NAAR WC �Voor de rest werd ik goed behandeld. Overdag mocht je vrij rondlopen in het kamp, alleen 's nachts mocht je je bed niet uit. Zelfs niet om naar het toilet te gaan. Doordat we constant vluchtten als er gevaar dreigde, was het er doorgaans erg rustig: we zochten steeds de gebieden op die volledig onder de controle van de rebellen stonden�. �De verveling sloeg vaak toe. Er was een radio en een oude zwart-wit-tv, waarop je zelfs de BBC kon ontvangen - met veel sneeuw. Dan zag je die onheilspellende berichten.over Colombia, en dan wist je: dit zien ze thuis ook. Thuis, waar ze toen al drie maanden zaten te wachten op nieuws van mij. Waar ze wellicht dachten: die zien we nooit meer terug�. OPGELUCHT MAAR BANG �De familie van Karel heeft inderdaad meer dan twee maand zonder het minste nieuws gezeten�, bevestigt Jan De Volder van de Sant'Egidio gemeenschap, een vereniging die aan conflictbemiddeling doet en ook in deze zaak een rol speelde. �We zijn trouwens heel toevallig op Karel uitgekomen. Een Italiaan die we in november vrijkregen, vertelde ons dat er een Belg bij hem in het kamp zat. Dat bleek Karel te zijn. We hebben de familie op de hoogte gebracht, die met gemengde gevoelens reageerde. Opgelucht, maar ook bang. Het zijn uiteindelijk zeer gespannen maanden geworden voor die mensen. Maar ze hebben zich gigantisch sterk gehouden�.
Peeters Marnix
|