Comunità di S.Egidio


 

11/10/2002


�Ik kende geen oude mensen�
Allochtone jongeren bezoeken eenzame Vlaamse senioren

 

Christelijke seniorenverenigingen zoals KVLV lieten vorige week verstaan dat ze de nieuwe campagne van minister voor Welzijn Mieke Vogels maar niks vinden. Ze vinden dat haar actie rond meer respect van (allochtone) jongeren voor senioren een tegenovergesteld effect heeft. Want wat blijkt? Ouderlingen hoeven niet hip te zijn. Jongeren zijn meer ge�nteresseerd in echte bomma�s en bompa�s, die iets over het leven kunnen vertellen en de oorlog nog hebben meegemaakt.

De nieuwe campagneposters tonen oudere dames met bloemetjesbadpak en de slogan: je bent nooit te oud om de bloemetjes buiten te zetten. Of een opa met een bowlingbal en de begeleidende tekst: je bent nooit te oud om ballen te hebben.

Caroline Bastiaens van de Sint-Egidiusgemeenschap betwijfelt of de jeugd door die slogans met dubbele bodem plots meer respect voor ouderlingen gaat krijgen. Het blabla-boem-boem-effect werkt hier niet. Het probleem is dat allochtone jongeren vaak gewoon geen bejaarden meer kennen omdat hun grootouders in Marokko of Turkije wonen. En omgekeerd kennen de bejaarden persoonlijk geen allochtone jongeren. De generatie- en cultuurkloof blijkt niet z� diep, als beiden simpelweg met elkaar in contact worden gebracht. Een portret van een jonge vreemdeling en een Vlaamse bomma.

Tuba Salman (15), Turkse en moslim, is vastbesloten vriendschap te sluiten met Julia Hoskens (75). Ze komt nu voor de tweede keer op bezoek in de hoge sociale woonblokken op de Luchtbal. �Julia heeft veel meegemaakt. Ze heeft goede verhalen, �chte verhalen. Ik kan nog veel van haar leren.�

Julia komt bijna niet meer buiten, en krijgt ook amper bezoek. Door de renovatie aan het woonblok hangt er nu al een hele tijd een zeildoek voor het raam, zodat ze letterlijk afgesloten van de buitenwereld leeft. Het bezoek van Tuba doet deugd, �maar ik mag niet te veel babbelen anders krijg ik draainissen.� Tuba kent bijna geen andere oude mensen. Ze bijt direct op haar lip als ze die twee woordjes heeft uitgesproken. �Je mag gerust zeggen dat ik een oud mens ben, daar is niks verkeerd mee�, sust Julia.

Tuba heeft haar grootouders nooit gekend. Ze zijn in Turkije achtergebleven, en intussen overleden. �Ik ken buiten Julia maar ��n andere oude vrouw, een soort verre tante. Terwijl ik wel graag met oudere mensen spreek. Verhalen over vroeger, over de oorlog enzo. Wat Julia zegt is tenminste echt.�

Sommige jonge allochtonen doen heel racistisch tegen oude mensen� vindt Tuba zelf. �Ouwe zak, roepen ze. Terwijl ik vind dat wij juist nog veel kunnen leren van bejaarden. Mijn school ligt in de buurt van de Ossemarkt. Ik weet nog hoe iemand de pruik van een oude joodse vrouw aftrok. Doe�ns normaal, zei ik en liep weg. Beschaamd. De meeste van mijn vrienden en vriendinnen zijn Turks of Marokaans. Zeker nu met die oorlog en dat Palestina-gedoe, worden joodse bejaarden geplaagd. Maar ook katholieke bejaarden. Waarom? Om cool te doen zeker. Z� onnozel. Niet allen jongens, ook veel meisjes doen daaraan mee. Toen ik het thuis vertelde zei mijn moeder: later word jij ook oud. En dat is waar. Ik moet wel zeggen dat oudere mensen vaak lastig doen tegen ons, allochtone jongeren.�

Julia: �ja, misschien wel. Vroeger ging ik met mijn vriendin elke week naar de Vogeltjesmarkt. We hebben eens de rugzak van een Marokkaan aan de halte buitengezet, omdat hij ons niet liet zitten. Maar Tuba is een lief m�ske. De eerste keer dat ze kwam had ze een chique, witte roos voor mij bij. Misschien dat Turkse meisjes zachtaardiger zijn dan Marokkaanse?� �Nee, da�s niet waar�, zegt Tuba.��t Is gewoon een kwestie van mekaar leren kennen.�