Verpleegster Marielle De Bolle trekt er ieder jaar een maand tussenuit om mee te werken aan een aidsproject van de Sint-Egidiusgemeenschap in het straatarme Afrikaanse land Mozambique. ,,Het in praktijk brengen van mijn geloof, maakt mijn leven nuttiger en voller,�� getuigt ze.
,,Ik liep school bij de Dames van het Christelijk Onderwijs in Antwerpen. Elf jaar geleden � tijdens de eerste golfoorlog � kwam de Sint-Egidiusgemeenschap op onze school hulp zoeken voor �School van Vrede�, wijkcentra waar jongeren gratis worden geholpen bij hun huiswerk. Ik stelde mij meteen kandidaat. We hielpen de kinderen niet alleen met hun schooltaken, maar praatten ook met hen over vrede, verdraagzaamheid en het leven in ontwikkelingslanden. Zo voedden wij hen ook op in een geest van solidariteit en openheid voor anderen.
Dankzij School van Vrede kwam ik in contact met de Sint-Egidiusgemeenschap. Ik stond in het begin weigerachtig tegenover het gebed, dat een centrale rol vervult in het leven van de gemeenschap. Maar tegelijk raakte ik daardoor geboeid omdat veel van mijn leeftijdsgenoten met bidden en spiritualiteit bezig waren. Een andere belangrijke pijler van Sant�Egidio is de solidariteit met de armen, die vertaald wordt in een vrijwillige dienst. Ontwikkelingshulp heeft me altijd ge�nteresseerd en daarom volgde ik na mijn verpleegstudies een jaar tropische geneeskunde. Zo kwam ik in Mozambique terecht als co�rdinator van een Dream-centrum: Drug Resource Enhancement against Aids and Malnutrition.
Voor het vierde opeenvolgende jaar trok ik er een maand tussenuit om in Afrika ontwikkelingswerk te doen. Daar is nog veel werk aan de winkel door de verspreiding van aids en hiv. Ongeveer zestien procent van de Mozambikaanse bevolking is drager van het hiv-virus. Naar verwachting zal het aantal aidspati�nten in 2005 een piek zal bereiken, met alle economische gevolgen vandien. Sant�Egidio begon een ambitieus aidsproject in het straatarme Afrikaanse land aan de Indische Oceaan. De vereniging heeft veel ervaring met Mozambique, sinds ze in de jaren 1990 meehielp de vrede te bewerken na de bloedige burgeroorlog. Op 4 oktober 1992 werd het vredespact tussen de rebellen en de regering ondertekend in de zetel van Sant�Egidio in Rome.
Wij zijn ervan overtuigd dat wat bij ons slaagt, ook in Mozambique succes kan hebben. Het is onrechtvaardig dat aids in Europa behandelbaar is geworden, terwijl in Afrika zwangere vrouwen en kinderen nog altijd aan die ziekte sterven. Ons project dient antiretrovirale medicijnen toe aan zwangere seropositieve vrouwen � om de overdracht van het hiv-virus van moeder naar kind te voorkomen � en behandelt aids-slachtoffers. De werking is bewust ingebed in de gezondheidsinfrastructuur, om de toegankelijkheid voor de bevolking te vergroten. Zo werd een eerste openbaar laboratorium voor hiv-testen opgericht in het centrale ziekenhuis van de hoofdstad Maputo.
Veel Europese waarnemers stonden aanvankelijk sceptisch. De kans op slagen van het project zou te gering zijn wegens de zwak uitgebouwde basisgezondheidszorg in Mozambique, de afwezigheid van voldoende materiaal, de heersende hongersnood � de medicatie moet verplicht met voedsel worden ingenomen � en de twijfels over de therapietrouw. Zouden de pati�nten de discipline hebben iedere keer op de afspraak te komen en hun medicijnen in te nemen?
Het project loopt nu twee jaar en we boekten schitterende resultaten. De therapietrouw bedraagt 96 procent. Beter dan bij ons! Van 300 borelingen zijn er maar twee seropositief. Wegens die uitzonderlijke resultaten werd het project voorgesteld op de Internationale Conferentie rond Infectieziektes in de Amerikaanse stad Boston.
Aan wat is dat succes te danken? De Sint-Egidiusgemeenschap beschouwt de pati�nten niet als medische objecten of monden die moeten worden gevoed. Wij besteden veel tijd aan de waaromvraag. Het is belangrijk goed uit te leggen hoe de medicijnen moeten worden ingenomen en waar dat allemaal goed voor is. De voedselpakketten die de pati�nten meekrijgen naar huis stimuleren hen terug te komen. Om het project een nog grotere slaagkans te geven, werd een softwarenetwerk ontworpen dat ook op de centrale computer in Rome kan worden geraadpleegd. Wie twee keer niet op de afspraak komt, wordt aan de hand van een geautomatiseerde sociale fiche gelokaliseerd. Daarop gaan welzijnswerkers met de jeep de verloren pati�nt opsporen.
Ons project doet ook aan thuiszorg � een nog onbekend concept in Afrika � voor vergeten en achtergelaten mensen. Wie niet naar de verpleegpost kan komen, wordt thuis behandeld. En naast de pati�nt helpen wij ook zijn gezin op het vlak van hygi�ne en voeding.
Het Mozambikaanse aidsproject draait op plaatselijke beroepskrachten en Europese vrijwilligers die zich gedurende een maand engageren. De werking moet over vijf jaar volledig door Mozambikaanse handen worden gedragen. Omdat ik elk jaar opnieuw een kijkje neem, merk ik de evolutie bij sommige pati�nten. Een vrouw met acht kinderen die bij mijn vertrek vorig jaar 28 kilo woog en doorligwonden had, weegt nu 62 kilo. Ze informeert in de gezondheidspost de pati�nten over de noodzaak van een permanente behandeling.
Ik heb in Mozambique lange gesprekken gevoerd met aidsslachtoffers en schrijnende verhalen gehoord. Toch blijven vooral de evenveel hoopvolle ervaringen bij. Zoals die van de seropositieve negentienjarige vrouw. Zij was door haar man in de steek gelaten en klopte met haar een paar maand oude tweeling in de verpleegpost aan. De vrouw was zo verstandig geweest haar kindjes geen borstvoeding te geven, omdat ze wist dat ze zo haar ziekte zou doorgeven. Met het weinige geld dat ze had, voedde ze de kindjes met dure melk. Maar door gebrek aan middelen was de tweeling ondervoed. Wij hebben de kindjes kunnen redden.
Door de hoge kindersterfte krijgen de borelingen van jonger dan zes maand in Mozambique geen naam. Omdat die tweeling een re�le overlevingskans had, mocht ik ze een naam geven. De dankbaarheid van de vrouw zal ik nog lang heugen. We gaven de vrouw een flinke dosis melk en zuiveringsfilters. Ik denk wel dat ze het redt.
Mozambikanen hebben een ongelooflijke overlevingsdrang en blijven ondanks hun armoede vriendelijk en gastvrij. In Belgi� hebben we alles wat ons hartje lust, maar missen we vaak die kostbare en warme menselijkheid. Wij beseffen vaak niet wat een luxe wij hier hebben. In Mozambique dreigt een hele generatie te sterven als we niets ondernemen. Het aidsproject helpt mee de toekomst van een land op te bouwen. Door mijn werk in Mozambique zet ik mijn geloof om in praktijk. Het maakt mijn leven nuttiger en voller.��
Katrien Verreyken
|