Comunità di S.Egidio


 

27/07/2006


Het zelfgekozen taboe van de ouderdom

 

Nu de hitte Europa al weken in haar greep heeft, hoor je via de media oproepen om de zwaksten met extra zorg te omringen. Ze worden aangemaand de koelte op te zoeken en genoeg te drinken. Hebben we de lessen geleerd van de catastrofe van twee jaar geleden, toen de hittegolf duizenden ouderen het leven kostte? Ik mag het hopen, maar ik vrees ervoor.

In elk geval zie ik in onze buurlanden meer initiatieven om alleenwonende bejaarden telefonisch of via de buren te bereiken. De echte les was niet dat zelfredzame ouderen beter voor zichzelf moeten zorgen, wel dat we de zorgbehoevenden niet aan hun lot mogen overlaten.

Het isolement waarin vele ouderen verkeren, is een belangrijke nieuwe vorm van armoede in ons rijke continent. Het omgaan met de ouderdom is een van de grote uitdagingen voor Europa, waar je gelukkig altijd ouder wordt, maar waar de ouderen op allerhande vaak subtiele manieren wordt duidelijk gemaakt dat ze er te veel aan zijn. Het treft me dat in een samenleving die de mensenrechten hoog in het vaandel draagt, het lot van de bejaarden relatief weinig discussie uitlokt. Nog al te vaak zijn het gezonde volwassenen die in de plaats van de hoogbejaarde beslissen dat hij of zij niet meer thuis kan leven en maar beter in een instelling zijn laatste dagen kan slijten. In vele gevallen is dat geen eigen keuze. Voor kapitaalkrachtigen bestaan er weliswaar mooie voorzieningen en vaak spant het personeel zich in om het de bewoners naar hun zin te maken.

De realiteit is echter dat vele rusthuizen geen menselijke plaatsen zijn: vaak graatmagere mensen schuifelen door de gangen, uitkijkend naar bezoek dat niet komt. Ze zitten vastgebonden om niet te vallen of ze praten voor zich uit. De chronische personeelsonderbezetting, die in de vakantieperiode nog wordt geaccentueerd, leidt tot tragische toestanden. Zelf was ik er nog onlangs getuige van hoe twee verpleegsters zich in het zweet werkten toen ze moesten instaan voor een dertigtal bejaarden. Niet alleen vraag je je af hoelang iemand zo'n job volhoudt, maar ook of dat niet leidt tot vormen van verwaarlozing en mishandeling. Zo kunnen in veel tehuizen bejaarden slechts op bepaalde tijdstippen naar het toilet worden begeleid. Als ze niet zolang kunnen wachten, moeten ze het maar in hun pamper doen, ook al zijn ze niet incontinent. Dat is geen uitzonderlijk verhaal, maar dagelijkse praktijk. Beeldt iemand zich wel eens in wat zoiets betekent voor de waardigheid en het zelfrespect van die bejaarde?

De ouderdom lijkt mij een zelfgekozen taboe. De fixatie op het jonge, gezonde lichaam brengt mee dat we weinig vertrouwd zijn met menselijke broosheid: die wordt op pathetische wijze verborgen. Maar als wij vandaag onze ogen sluiten en niet willen worden geconfronteerd met de zwakte van onze oudere medeburgers, omdat we er niet tegen kunnen, hoe zullen we dan morgen met onze eigen verzwakking omgaan?

"In onze samenleving zijn de hoogbejaarden geworden als ons interne 'zuiden' en we hebben de neiging om hen op dezelfde wijze te behandelen als de allerarmsten in het internationale systeem, met een combinatie van schuldgevoel, passiviteit en vooral onverschilligheid", merkte de Franse politicoloog Dominique Moisi terecht op. "Door hen te verwaarlozen en hen te laten sterven in absolute morele en fysieke eenzaamheid, stellen wij onszelf bloot aan hetzelfde lot."

Ook uit welbegrepen eigenbelang zouden we er goed aan doen de ouderen met meer respect en fijngevoeligheid te behandelen. Of verkiezen we onze kop in het hete zand te steken?

Hilde Kieboom